07-09-2024 - 7 september is het stadsdichtersdag. Een dag in het teken van de stadsdichters en poëzie. Op deze dag kunnen we onze eigen stadsdichter Fred Eggink niet vergeten. Hoe is hij eigenlijk stadsdichter van Buren geworden? En is hij nu een Zettense Burenaar of een Burense Zettenaar. Hij vertelt het je zelf.
Hoe kun je stadsdichter van Buren zijn, terwijl je er niet woont. Die vraag krijg ik regelmatig, en is ook logisch. Ik woon namelijk in Zetten, en dat ligt toch ruim 30 kilometer uit elkaar. Het zal duidelijk zijn dat ik iets met Buren heb. Zo heb ik er als verslaggever van De Gelderlander gewerkt en ben in de historie van het Oranjestadje gekropen. Met als oogst: vier openluchtspelen over diverse periodes in de rijke (en arme) geschiedenis.
In de coronaperiode schreef ik elke dag een gedichtje, dat door mijn vriend en Burenaar Mark Hofman op Facebook gezet werd met een toepasselijke foto. Na honderd gedichten resulteerde dat in de bundel ‘Niet aanraken alsjeblieft’. Diezelfde Hofman bedacht vervolgens een coronawandeling, een tocht langs alle 100 gedichten door de historische binnenstad. Geopend door niemand minder dan Diederik Gommers.
Tot mijn stomme verbazing benoemde de toenmalige burgemeester Jan de Boer in 2021 mij tot stadsdichter ter gelegenheid van het 625-jarig bestaan van de stad. Inmiddels wordt mijn ‘contract’ steeds weer verlengd en blijf ik nog even een ‘pendelaar’. Met heel veel plezier.
Fred, bedankt voor je mooie gedichten tot nu toe en die nog gaan komen!
Tekst: Gemeente Buren | Gedicht: Fred Eggink